Hulst, Reynaertstad

Hulst, een mooie voorjaarsdag. De stad gevangen in zijn groen corset van vestingwerken trekt volk van binnen en over de grenzen. In blik en op ronkende motoren, op het rijwiel of te voet. Mensen komen en gaan, langs de winkels, over de wallen, langs de monumenten en tot bij de pas opgegraven brugrestanten uit jaren van ver gelee’. Ze strijken neer op de terrassen, slaan voorraden in bij de supermarkten en vloeken als voor hun neus een parkeerplaats door een ander wordt gekaapt.

De Nieuwe Bierkaai is nog een vlakte, een stuk ruig terrein, vol steen en graaftuig, een verloren carnavalsattribuut gevangen achter hekken. Neringdoenden bij de vlakte maken zich zorgen over hun nering. Wordt die ooit weer wat die was? Over inkomstenderving is nimmer gesproken, maar het ambiteuze stadsherinrichtingsproject wil maar niet echt vlotten, schiet maar niet op. En telkens al;s er zogenaamd begonnen wordt stuiten graafmachines weer op een stuk verleden, wat blootgelegd moet worden, moet worden onderzocht, moet worden geconserveerd (op een of andere manier). De aandacht blijft uitgaan naar het verleden, terwijl de toekomst steeds moeilijker wordt, want wie gaat er aan de Bierkaai bouwen, wie gaat er nieuwe zaken beginnen en wie gaat er straks wonen? Vragen, vragen, vragen?
Bij het Landshuis mensen met een gele teint. Bezoekers uit den verre. Gelukkig een groep mensen die verder kijken wil dan de winkelstraten, die de wallen op wil, de vesting wil verkennen. Die het unieke van deze stad op waarde wil schatten.
De grote basiliek beheerst het centrum en is verre van mensvriendelijk. De grote hoofdpoort is dicht, de kerktuin ligt gevangen achter muren. Waarom deze stenen barriere niet snel slechten en de kerk direct in relatie brengen met de rest van de stedelijke omgeving? De kerk met het predikaat de mooiste van Nederland is een gevangene in zijn eigen tuin.
tegenover het bedehuis blik en vele motoren. Het nieuwe publiek van de Reynaertstad. In leer gehuld en met grote helmen op veroveren ze deze zondag de stad. Zij op terras en daartegenover een uitstalling van hun rollend materieel…
Bij de oude bioscoop van de stad knaagt het verval verder aan de rottige plekken. Toevallig roept in de krant de projectontwikkelaar dat de invulling van het gebied volledig afhangt van de gemeente. Ja, zo lust ik er ook nog wel een.
Aan der zuidkant van de stad een tweede vlakte, maar een volledig gevuld met blik.
Auto’s met veelal Belgische kentekens.
Wandelen langs het Oranjebolwerk is als een tocht langs een vuilnisbelt. Wat mooi groen begint – waarom geen terrassen aan het water – wordt snel een boeltje. De watergang naar de buitenvest is slecht onderhouden (niet van de gemeente zeker) en de oevers begroeit met doornenbossen en vuil, veel vuil.
Ook hier wordt gebroken om te bouwen, maar hoe wat en wanneer?
De vele bezoekers van nu
gaan straks ook inzien dat Hulst beter kan…

Over van Gremberghe

Journalist en internetondernemer. Verslaggever in algemene dienst. Schrijft over Zeeland, Neder- en buitenland. Over wat wel en niet gebeurt, over reizen en soms over gewone mensen. Immer gedreven en oprecht, voor zover daar sprake van kan zijn.
Dit bericht is geplaatst in DAAR : Zeeuwse zaken, HIER ; Zeeuws-Vlaamse zaken met de tags , , . Bookmark de permalink.

4 reacties op Hulst, Reynaertstad

  1. Henk Postma schreef:

    Waar is de tijd dat wij ons, tegen het vallen van de schemering door de Steenstraat dwalend, magisch-realistisch met de kosmos verbonden waanden. Waarna de opbouwwerker, na ’t verkopen van zijn broek, zijn edele delen slechts door slib bedekt, vanuit de kroeg de nacht in liep.

    • Gremberghe schreef:

      Was dit dezelfde opbouwwerker die, de moedeloosheid moede, uiteindelijk aan de wieg stond van, wat heette, de Zeeuwsch-Vlaamse Volkspartij?

  2. h.postma schreef:

    Dat was dezelfde opbouwwerker, één van de weinigen die deugde voor zijn werk. En die ontslagen werd toen Hulst af was. Daarna is het met de Reynaertstad snel bergafwaarts gegaan. Onder zijn regie was het zo ver nooit gekomen. Daarna was er in het stadje niemand meer die ’t in de vingers had… En geloof me, Conny, ik kan dat weten…

    • Gremberghe schreef:

      Hulst was inderdaad nog lang niet af. Het nieuwe Hulst -de grotere gemeente- moest nog gevormd worden. Cor en de zijnen meosten wijken, omdat de toemailge burgemeester Jacobs aboluut niet van het opbouwwerk, inspraak of wat dan ook gediend was. Die starre houding was vervolgens werd goed voor de opkomst voor de groepering Groot-Hulst, geleid door de toenmalige ex-administrateur van het opbouwwerk Ben Picavet.

Reacties zijn gesloten.