Iowa aan de Schelde

Carel Bruning, GroenLinks raadslid in Goes en kandidaat voor GL voor de komende statenverkiezingen, signaleerde deze week op Twitter dat ook de Amerikanen met krimp te kampen hebben. Dat klopt, maar de Amerikanen hebben er altijd al mee te maken gehad, omdat de bewoners van de VS al sinds de pionierstijd de neiging hebben om achter het werk aan te migreren. Is er in een regio, een staat of stad te weinig economische activiteit, te weinig emplooi, dan pakt de Amerikaan zijn biezen. Veel makkelijker dan de Europeanen die veel en veel honkvaster zijn.

Bepaalde staten kunnen jaren achtereen als een magneet fungeren, California, Florida, Texas, New York, ze hebben allemaal tijden van (bevolkings) groei gekend, maar ook het tegenovergestelde. Zo erg als het echter het voorbije decennium vergaan is in de midwestelijke staten, de landbouwstaten, is ook voor de VS een behoorlijk probleem aan het worden. En waarom? Niet zozeer omdat mensen wegtrekken, maar vooral omdat mensen met kennis, met scholing wijk nemen. Wat resteert zijn niet de meest slimmen, waardoor gemeenschappen op alle fronten in de problemen dreigen te komen. Denk aan onderwijs, aan het midden-en kleinbedrijf, aan het bestuur. Als slechts ouderen en dommeren – hoe aardig ze ook mogen zijn – achterblijven in plaatsen die sowieso al weinig economische en maatschappelijke draagkracht hebben, dan wordt het moeilijk.

Ja Carel, de verdomming grijpt ook in Zeeland al om zich heen.
De Amsterdamse hoogleraar Frans Thissen verrichtte, ik denk begin negentiger jaren, in Zeeuws-Vlaanderen onderzoek naar (sociale) mobiliteit in relatie tot opleiding. Een onderzoekje zoals er zo velen zijn en zijn geweest, maar goed omdat ik net naar Vogelwaarde was verhuisd in die tijd was ik bijzonder geïnteresseerd in zijn bevindingen.
Wat bleek? Vogelwaarde kon toen zonder enige terughoudendheid een domste dorp van Zeeuws-Vlaanderen worden genoemd. Het opleidingsniveau van het gros der dorpelingen bleek veel lager dan in buurplaatsen als Axel en Zaamslag. En omdat het niveau der ouderen laag was bleek ook het opleidingsniveau van de jeugd verhoudingsgewijs achter. Voeg daar nog eens aan toe dat er een relatief oude bevolking was (met een laag opleidingsniveau) en dat de grootste werkgevers nu ook niet bepaald veel van de mensen vroegen (transport en landbouw), dan was het voor Thissen en de zijnen niet zo moeilijk om te constateren dat Vogelwaarde niet uitblonk op het gebied van geletterdheid en meer van zulks.
Als er op de basisschool gevraagd werd aan de kinderen “Wat willen jullie later worden?” hadden de jongens vaak het antwoord “Vrachtwagenchauffeur!” zo paraat.
Nu klinkt dat allemaal een beetje spottend, maar zo bedoel ik het absoluut niet.
Ik zie hoe in veel kleinere Zeeuwse dorpen de bevolking in ras tempo vergrijst, ik zie hoe kinderen van 16 en ouder de wijk nemen naar Brabant, de Randstad of verder om – en dat vrees ik – niet meer terug te keren. Alles wat doorleert verkast, alles wat achterblijft heeft veelal een lagere eindopleiding.
En wat betekent dat? Voor het verenigingsleven, voor de lokale besturen, dorpsraden, maar ook gemeenteraden, voor de besturen van (sociaal) maatschappelijke instellingen. Of er worden mensen van buiten de regio gehaald en dan wordt er weer geroepen “zakkenvullers” of bepaalde tiepetjes gaan grossieren in bijbaantjes en ook dan roept het gewone volk “zakkenvullers”.
Mensen met een sociaal-democratische achtergrond, van die lui die nog altijd geloven in een maakbare samenleving, zeggen dat de krimp kansen biedt. Ze hebben het dan over zorgtoerisme en dat soort verschijnselen.
Dit soort toerisme kan alleen geboden worden als je zorg kan bieden die kwalitatief beter en anders is, zich richt op niches en alos je als zorgsector daadwerkelijk iets extra’s te bieden hebt. Op dit moment ontbeert de zorg in Zeeland die extra’s. Ook al, omdat de hele Nederlandse zorg nog lang niet werkt als die bijvoorbeeld in de VS en ofdat het zo zou moeten durf ik ook te betwijfelen.

Zeeland kan tegen 2020 best met een paar duizend zielen minder. Maar als een plaats als Terneuzen daadwerkelijk tien jaar later met 8000 inwoners minder verder moet, dan zal dat aan alles te merken. Oplossingen heb ik niet voor handen, maar ik ben ervan overtuigd dat Zeeland niet moet voorsorteren op een paar economische dragers, maar zich juist zo breed mogelijk moet oriënteren. Elke nieuwe baan die in het zuidwesten geschapen kan worden is er een. Je kunt daarmee voorkomen dat jongeren wegtrekken of je kunt er wellicht jeugd van elders mee aantrekken. Werkgelegenheid moet de komende tijd het item worden en dat lijkt in een tijd dat de werkloosheid in onze regio erg laag is vreemd, maar – voor de toekomst – wel van levensbelang.
Anders wordt Zeeland niet het Florida, maar het Iowa aan de Schelde

Over van Gremberghe

Journalist en internetondernemer. Verslaggever in algemene dienst. Schrijft over Zeeland, Neder- en buitenland. Over wat wel en niet gebeurt, over reizen en soms over gewone mensen. Immer gedreven en oprecht, voor zover daar sprake van kan zijn.
Dit bericht is geplaatst in DAAR : Zeeuwse zaken, GINDER; Nationale en internationale zaken, HIER ; Zeeuws-Vlaamse zaken met de tags , , , . Bookmark de permalink.

3 reacties op Iowa aan de Schelde

  1. Ik hoop dat door mijn komst naar Zeeuws-Vlaanderen het gemiddelde I.Q. niet nog verder naar beneden is gehaald. Maar in elk geval zal in dat geval het gemiddelde in de Achterhoek zijn gestegen…

  2. Jasja van Arkel schreef:

    Om een verdere leegloop en vergrijzing van onze regio op middellange en lange termijn tegen te houden, zullen zeer drastische maatregelen genomen moeten worden. Ik vermoed dat daarvoor niet de juiste omstandigheden aanwezig zijn. Op financieel-economisch vlak zal jarenlang breed en fors ingezet moeten gaan worden om het bedrijfsleven voldoende te stimuleren. Er zal een klimaat geschapen moeten worden waarin bedrijven zeer grote voordelen hebben bij vestiging in Zeeland. Alleen dan zullen mensen van buiten de regio in grotere getallen zich hier gaan vestigen, onder wie ook jongeren en hoger opgeleiden. Om dat klimaat te bereiken is voldoende draagvlak en daadkracht nodig, zowel in de landelijke politiek als regionaal. En dat is er niet en komt er – denk ik – ook niet. Den Haag is niet bereid in die mate en op die wijze in Zeeland te investeren en, zeker zo belangrijk, de Zeeuw ook niet. Want de vereiste maatregelen zullen onvermijdelijk een keerzijde hebben. De rust en ruimte die Zeeland nu biedt, zal op veel plekken opgegeven moeten worden. Het “provinciale” karakter van onze regio zal plaats moeten maken voor een meer stedelijke, geïndustrialiseerde omgeving en handelwijze. Daarvoor zal vooral regionaal te weinig steun te vinden zijn. En je kunt je afvragen of dat wel zo erg is. Wat hebben we straks liever? Iowa of het Ruhrgebied?

Reacties zijn gesloten.