Bloody Sunday

De Britse kranten staan vandaag bol van berichten over de rapportage van Lord Savile of Newdigate over Bloody Sunday, de slachting van 14 onschuldige burgers door het Britse leger op 30 januari 1972. In Londonderry, waar toen een demonstratie voor burgerrechter letterlijk uiteen werd geschoten, wist men al lang dat het leger – kort na het incident – verklaringen had verzonnen en de voornamelijk katholieke betogers ervan beschuldigden zelf het vuur op de ordetroepen te hebben geopend.
Lord Savile, die 12 jaar nodig had om het onderzoek af te ronden en ook nog een een paar honderd miljoen pond, kwam tot de slotsom dat het leger gelogen had en dat de gedode mensen ongewapend waren en feitelijk in koelen bloede waren neergeschoten.
De nabestaanden nemen, zeker nog premier Davod Cameron openlijk excuses heeft gemaakt, deels genoegen met de bevindingen, maar deels ook niet. Sommigen vinden dat de soldaten van toen vervolgd dienen te worden. Iets waar de Britten echter weinig zin in hebben.

In het duizend dodenboek dat ik al jaren thuis staan heb en waarin alle aanslagen, moorden en wat al niet meer zij in de periode 1966 – 2000 beschreven worden staat nauwgezet beschreven hoe de 14 slachtoffers in Londonderry (13 direct, de ene later) het leven lieten. Pat Doherty, een 21 jarige constructiewerker bijvoorbeeld, lag al op de grond toen de eerste schoten klonken. Terwijl hij aan het kruipen was schoot een soldaat hem tussen de billen en de kogel vernielde de mans riggegraat. Soldaat F, de schutter, dacht dat Doherty een wapen had. Alleen de gedachte al was in 1972 voldoende excuus.
De lijkschouwer Hubert O’Neill, die de lichamen moest onderzoeken, kwam al in datzelfde jaar tot de slotsom dat er sprake was van moord, simpelweg moord, maar de Britse autoriteiten moffelden zijn onderzoeken en vele andere onder het tapijt.

Bloody Sunday was overigens het keerpunt in wat in Noord-Ierland aangeduid wordt als The Troubles. Tussen 1966 en 1972 waren er al 200 doden gevallen, maar meestal betrof het dan IRA of UVF-leden en een enkele militair. De slachting in Derry leidde tot een enorm groei van de IRA en vooral de provo, de actief, militante tak. De Britten schoten feitelijk de geest uit de fles en zouden er jaren over doen om ‘m er terug in te krijgen. Hoewel, naar mijn overtuiging er nog steeds flarden van die geest vrij rond waren, met alle risico’s van dien.

Over van Gremberghe

Journalist en internetondernemer. Verslaggever in algemene dienst. Schrijft over Zeeland, Neder- en buitenland. Over wat wel en niet gebeurt, over reizen en soms over gewone mensen. Immer gedreven en oprecht, voor zover daar sprake van kan zijn.
Dit bericht is geplaatst in GINDER; Nationale en internationale zaken met de tags , . Bookmark de permalink.