Rust en ruimte

Even dacht ik maandag dat voorzitter Chris Rutten van de Kamer van Koophandel Zuid-West-Nederland beslag had weten te leggen op de toespraak van Karla Peijs van afgelopen vrijdag, omdat ook hij -de fietsfanaat- lyrisch deed over de wielerevenementen die komend voorjaar en zomer Zeeland zullen aandoen. De Giro en Tour als fijne staaltjes van Zeelandpromotie. Gelukkig bleek de voorman uit het economische veld in zijn toespraak meer in petto te hebben. Even somberde Rutten over 2009, over faillisementen, over een moeizaam begin in 2010, maar gaandeweg de woordenbrij ging het over ondernemerschap, durf en niet bij de pakken neerzitten.
Rutten vond dat ook de provincie maar eens uitpakken met een gedegen Zeelandpromotie. Zeker als het om het wonen in Zeeland gaat. Op dat vlak loopt de provincie nog lang niet vooruit. Als woonprovincie komt Zeeland pas op de zevende plaats. ,,Er is dus nog een wereld te winnen, maar fixeer dan niet op de sterke punten van Zeeland, rust en ruimte, daar lok je echt geen jongeren mee.”

Over van Gremberghe

Journalist en internetondernemer. Verslaggever in algemene dienst. Schrijft over Zeeland, Neder- en buitenland. Over wat wel en niet gebeurt, over reizen en soms over gewone mensen. Immer gedreven en oprecht, voor zover daar sprake van kan zijn.
Dit bericht is geplaatst in HIER ; Zeeuws-Vlaamse zaken. Bookmark de permalink.

Eén reactie op Rust en ruimte

  1. Aschwin schreef:

    Als Rutten zegt ‘… fixeer dan niet op de sterke punten van Zeeland, rust en ruimte, daar lok je echt geen jongeren mee’, dan heeft hij daar naar mijn idee maar gedeeltelijk gelijk in. Natuurlijk is het zo dat er in Z-Vlaanderen (laat ik me daar even toe beperken) naar verhouding met de rest van Nederland weinig economische activiteiten plaatsvinden. Carrièremogelijkheden zijn dan ook hier zeer beperkt. Dus dat gedeelte van zijn bewering klopt.
    Maar, als ik kijk naar de ontwikkelingen die ik de laatste jaren om me heen zie bij dertigers, dan zie ik toch een toenemende keuze voor die rust en ruimte die Z-Vlaanderen biedt. Steeds meer leeftijdsgenoten zie ik de keuze maken voor een prettige leefomgeving. Dertigers die na hun middelbare schooltijd zijn vertrokken uit Z-vlaanderen om elders te gaan studeren, zie ik met gezin terugkeren. Ook dertigers die niet geboren en getogen zijn in het Zeeuwse. Ze kiezen in eerste instantie voor de leefomgeving en pas in tweede instantie voor hun werkplek. Ze blijken bereid om wat meer kilometers te rijden naar hun werk. Vanuit Z-Vlaanderen vertrekken ’s ochtends horden naar W-Brabant, België en ‘de overkant’. Ze hebben het er blijkbaar voor over.
    De hectiek van de stad wordt door hen opgezocht als ze er zin in hebben. Antwerpen, Gent, Middelburg, Breda zijn immers ‘om de hoek’. Maar allen rijden daarna weer tevreden terug naar de Z-Vlaamse rust en ruimte.

    Als je een carrièreblad als ‘Intermediair’ volgt (wat zich richt op starters op de arbeidsmarkt) dan zie je dat de twintigers dit nóg belangrijker vinden dan de dertigers. Voor twintigers, die starten op de arbeidsmarkt op een moment dat de banen voor de verandering eens níet voor het oprapen liggen (dit in tegenstelling tot de ‘verwende’ dertigers), lijkt de bewuste keuze tussen werk en vrije tijd (en daarmee ook de woonplek) nóg meer een item te zijn.

    Met andere woorden ben ik dus niet zo ontevreden over de focus door Zeeland op ‘rust en ruimte’. Dát is nl. wat hier te vinden is. En dat is op termijn naar mijn idee zeker geen zwaktebod.

Reacties zijn gesloten.